05/07/2017
Nieuws

Guus Eskens nieuwe voorzitter Raad van Toezicht

Hij is gepokt en gemazeld in de wereld van ontwikkelingssamenwerking. En vanaf juli 2017 zet Guus Eskens die ervaring in als onze nieuwe voorzitter van de Raad van Toezicht. Hij volgt daarmee Pieter Marres op, die deze functie zes jaar bekleedde. 

‘Een gezamenlijke aanpak is veel efficiënter’

De Raad van Toezicht ondersteunt en adviseert de directeur en ziet erop toe of de organisatie naar behoren werkt. Voor Guus Eskens (67) is het bekend terrein. In het verleden was hij Director Operations bij IDA en CEO bij onder andere Memisa en Care Nederland.

Ondanks zijn pensioen, dat in januari 2015 inging, is hij nog steeds actief als voorzitter van de Raad van Toezicht bij i+solutions en als bestuurslid bij HealthNet.

Apotheker

Tijdens zijn studie Farmacie raakte Guus Eskens geïnteresseerd in de problematiek in Afrika en Azië. Eenmaal afgestudeerd koos hij ervoor om als apotheker aan de slag te gaan in ontwikkelingslanden. Zo werd hij in de jaren tachtig door Memisa uitgezonden naar Afrika. Daar kwam hij voor het eerst in contact met VSO. ‘Ik ontmoette een aantal Engelse VSO’ers en was erg onder de indruk van hun werk en inzet. Ze woonden dicht bij de lokale bevolking, kregen een lokaal salaris en waren ontzettend gemotiveerd. Dat is me altijd bijgebleven.’

Kennis

Ook de huidige VSO-vaksdeskundigen waardeert hij enorm. ‘Door in ontwikkelingslanden kennis over te dragen kunnen de lokale mensen hun werk beter doen. En eenmaal terug in Nederland hebben de VSO’ers met hun opgedane ervaring een waardevolle bijdrage in de discussie over armoedebestrijding, ongelijkheid en de migratieproblematiek.’ Toen Guus hoorde dat er een toezichtfunctie bij VSO beschikbaar kwam, was de keuze snel gemaakt. ‘Ook ik zet mijn kennis en kunde heel graag in voor VSO.’

Samenwerken

Over de toekomst van VSO heeft Guus al nagedacht. ‘Ik denk dat we in eerste instantie meer moeten samenwerken met VSO in Engeland, onze moederorganisatie. Een gezamenlijke aanpak is veel efficiënter en levert veel meer op. Daarnaast kunnen we ook nog veel bereiken met samenwerkingen met bedrijven die hun netwerk, expertise en mensen inzetten om kennis te delen in ontwikkelingslanden. Het is een algemene tendens in de ontwikkelingshulp: samen bereik je meer.’